Vanaf begin februari 2011 gelden er nieuwe veiligheidseisen voor elektrisch aangedreven en hybride-elektrische voertuigen. Nederland verstevigt hiermee haar koppositie op het gebied van veilig elektrisch rijden. Deze veiligheidseisen hebben specifiek betrekking op de elektrische aandrijflijn. Fabrikanten, bedrijven of particulieren die met een elektrisch of of hybride-elektrisch voertuig de openbare weg op willen, weten nu aan welke eisen zij moeten voldoen, ongeacht het bouwjaar. Dit bevordert de introductie op de markt van elektrische voertuigen en wordt het veiligheidsniveau van deze voertuigen verhoogd. Dat er vanaf februari 2011 eisen gaan gelden wil overigens niet zeggen dat huidige elektrisch aangedreven voertuigen onveilig zijn. De ontwikkeling van de veiligheidseisen is mede door overleg met de specialisten in het Formule E-team in een stroomversnelling gekomen. De nieuwe veiligheidseisen zijn gebaseerd op ECE-reglement nr. 100, aangevuld met eisen aan de elektromagnetische compatibiliteit (EMC), bekabeling, de aanwezigheid van een noodschakelaar en de plaatsing en bevestiging van het accupakket. Ook is een weggedragtest noodzakelijk. In de praktijk betekent dit dat tijdens de keuring door de RDW wordt gekeken naar alle onderdelen die tot de elektrische aandrijflijn behoren. Bij de onder spanning staande onderdelen wordt onder andere gelet op het voorkomen van contact met deze delen. Tevens wordt gelet op de isolatie van de onderdelen. Een goede isolatie is niet alleen van belang voor de inzittenden, maar ook voor monteurs en eventuele hulpverleners. Een ander praktisch punt is de EMC. Fabrikanten dienen maatregelen te treffen om te voorkomen dat bijvoorbeeld mobiele telefoons, pacemakers en andere apparaten storingen veroorzaken. Lees het volledige artikel via de site van de RDW.
Comments are closed.
|
Archives
December 2014
Categories
All
|